Dagboek 12 januari

Behalve wat blaffende honden en om half vijf al de haan is het lekker rustig hier. We maken lekker ontbijtje en Patrick gaat alles vastzetten en nakijken wat gisteren was los getrild. Dat was de moeite. Hij besluit ook de ijzeren pijp te verwijderen omdat die steeds voor gerammel zorgt en dit lijkt ook 1 van de oorzaken waarom het dakrek los trilt. Het is ontzettend warm en vooral een hele hoge luchtvochtigheid. Daarom zijn we ook weer begonnen met Malarone, de malariapillen. Ik hoorde trouwens gisteren dat vroeger de mensen hier geloofden dat ze malaria kregen van de vochtige, slechte lucht rondom de moerasgebieden. Vandaar de naam mal aria ( slechte lucht ) We laten de ijzeren pijp achter, want daar kunnen ze nog wel iets mee en nemen afscheid van deze mensen en we krijgen nog 10 keer te horen “ God bless you, see you in heaven “ als Patrick een boom achter de auto niet ziet en er tegenaan rijdt. Het lijkt eerst mee te vallen maar als we goed gaan kijken als we net onderweg zijn blijkt dat 5 van de 6 steunen van het dakrek gescheurd zijn door de klap. Hmm dat is minder. Terug naar de missiepost en daar weten ze de Maart de Roon van Mocuba te wonen. Daar wordt alles weer gelast op een aparte manier. Ze doen een touw aan een boom en Patrick moet een klein stukje vooruit rijden zodat het rek weer recht staat ( de steunen waren verbogen ) en ze lassen alles weer netjes vast. Na 2 uurtjes kunnen we alsnog vertrekken richting de kust, naar Quelimane. Dit is ongeveer 100 kilometer. Dit lijkt ananas gebied want we zien niet anders. Als iemand hier de luxe van een fiets heeft, wordt die fiets ook wel misbruikt hoor. Ze laden die fiets zo vol, ze gebruiken hem meer als een kruiwagen. Ofwel met groten balen houtskool of hier dan met kilo’s ananas. We zijn rond 2 uur in Quelimane en kijken of er een restaurantje is. Nou, dit is de 4e stad van Mozambique maar er is niet veel bijzonders. We stappen ergens uit waar wat stoeltjes buiten staan en we krijgen een super lekker bordje nasi. Dat valt weer niet tegen! We hebben op de navi een camping gezien aan het strand in Zalala op 35 km van hier en wij rijden daar naar toe. De weg is heel slecht en heel smal. Eigenlijk maar geschikt voor 1 auto, maar er is volop verkeer en heel veel fietsers die volgens mij levensmoe zijn. Op de camping is helemaal niemand en we krijgen daarom het mooiste plekje in de schaduw. Ziet er verder keurig uit en we kunnen niet wachten om de zee in te gaan. Wat is het warm en vooral vochtig hier. De zee is prachtig en ook onvoorstelbaar warm. Heerlijke hoge golven en bijna geen mensen. Als we terug bij de auto zijn komt er een mannetje net gevangen grote garnalen aanbieden. Nou, dat is wel erg lekker voor vanavond op de bbq! Gelukkig is er een beetje wind en zo wordt het een lekkere avond op onze privé camping.

Leave a Reply